“Je mag me nooit meer alleen laten bij die Hollanders!” Het is een belofte die Eddy Koerhuis aan het hart gaat, als hij na de crematie van zijn vrouw (en mijn moeder) Suzan op 23 oktober 2024 voor het eerst terugkeert in een leeg huis. “Toen we in 1986 een relatie kregen liet ze me al snel weten niet in mijn geboortedorp Olst te willen wonen. Ze wilde onder de Molukse mensen blijven; daar voelde ze zich het meest thuis.” Het verlies van zijn vrouw dwingt mijn vader tot het vinden van een nieuwe balans. “Suus stond binnen de Molukse gemeenschap bekend om haar –veelal groene– sponscakes. Na haar dood heb ik het bakken volledig omarmd. Ik sta soms wel vijf uur per dag in de keuken.”
Mama drukte ons tijdens haar laatste levensfase geregeld op het hart om sterk te zijn. Hoe ging jij met die boodschap om?
“Ik vond het heel moeilijk om sterk te zijn. Ik dacht sterk te zijn door niet te huilen, ook al voelde ik heel veel verdriet. Er zijn dagen geweest waarop ik niets uit mijn handen kreeg, nergens zin in had en dingen liet vallen. Toen iedereen na de crematie weer overging op de orde van de dag, voelde ik me enorm in de steek gelaten. Zo’n twee maanden na haar overlijden kreeg ik de ingeving dat ik niet alleen stond in mijn verdriet en ben ik zelf naar mijn schoonzus gegaan. Waar ik mijn verdriet wegdrukte, huilde zij dagelijks bij het terugkijken van de afscheidsdienst. Blijkbaar gaat iedereen anders met verdriet om.”
Hoe heb jij het verdriet een plek kunnen geven?
“Al van jongs af aan ben ik geïnteresseerd in spiritualiteit. Vroeger deed ik aan zelfhypnose en gebruikte ik een pendel om antwoorden te krijgen op grote levensvragen. Omdat dit me eerder steun gaf, vroeg ik Suus een paar dagen naar haar dood of ze haar ziel met mij wilde koppelen. Toen ik ’s avonds in bed lag voelde ik iets in de linkerhelft van mijn gezicht; alsof ze haar ziel met mij gekoppeld had en door mijn linkeroog met me mee keek. Vanaf dat moment voelde mijn verdriet veel minder zwaar.
Wat me ook heeft geholpen is het nakomen van de beloftes die ik Suus heb gemaakt. Ze heeft me ooit gevraagd haar nooit meer alleen te laten bij die Hollanders, terwijl ze wel de wens had om op het strooiveld vlakbij het graf van haar ouders te worden uitgestrooid. Toen ik echter geen Molukse namen op de bordjes van het strooiveld zag, kwam ik op het idee om haar as bij het graf van haar ouders bij te zetten. Zo zijn ze weer met elkaar herenigd.”
Heb je vaker in je leven spirituele ervaringen gehad?
“Toen Suus last kreeg van buikpijn ontving ik een visioen dat ze zou sterven. Hoewel ik weigerde dat te geloven, zijn eerdere visoenen wel altijd uitgekomen. Soortgelijke gedachtes had ik namelijk voor de dood van mijn schoonmoeder en vader. Mijn schoonmoeder stief op haar 80e op de operatietafel voor een gebroken heup en mijn vader overleed aan een buikvliesontsteking in het verzorgingstehuis. En dat notabene op de geboortedag van mijn schoonmoeder.”
“Blijkbaar gaat iedereen anders met verdriet om.”
Hoe verklaar je deze spirituele ervaringen?
“Mijn ouders vertelden mij vroeger dat ik met de helm op geboren ben. Dat betekent dat de vruchtvliezen over het hoofd van de baby zitten bij de geboorte; iets wat zelden gebeurt. Men zegt dat mensen die met de helm op geboren zijn voorspellende gaven hebben of contact kunnen maken met overledenen. Toen ik een jaar of zeven was verdronk een buurjongetje van ons in de vijver van het plantsoen. Mijn moeder dwong mij toen om naast het lijk van het kind te zitten, waar ik zijn ziel in me opnam.”
Over mensen die met de helm op geboren zijn wordt ook wel gezegd dat ze een ziel hebben met een missie of een speciaal pad. Heb je ooit het gevoel gehad een bepaalde roeping te hebben in dit leven?
“Ik heb altijd het gevoel gehad mensen te willen helpen. Ik ben erg handig en heb altijd veel mensen geholpen met klussen, zoals behangen, verven, dingen bouwen en repareren. Zowel op het werk als bij mensen thuis. Na de basisschool wilde ik eigenlijk naar de LTS, de lagere technische school. Maar omdat mijn ouders weinig geld hadden, besloten de hoofdmeester en de pastoor dat ik naar de mavo moest, specialisatie boekhouding. Toen ik vijftien was had ik daar geen zin meer in en stopte ik met school om –net als mijn vader– in de vleesfabriek te werken.
Heb je met die keuze je roeping om mensen te helpen opzij gezet?
“Achteraf gezien wel. Mijn hele werkende leven heb ik toch voornamelijk in de productie gewerkt. Van vleesverpakker op mijn vijftiende tot teamleider bij de etiketteermachine van Abbott op mijn 65ste. Klusser was ik vooral in mijn vrije tijd, waarin ik elk weekend in de schuur of tuin doorbracht om dingen te bouwen.”
“Men zegt dat mensen die met de helm op geboren zijn voorspellende gaven hebben of contact kunnen maken met overledenen.”
Hoe kijk je daar met de kennis van nu op terug?
“Ik vind het jammer, maar kan het moment van de schoolkeuze ook niet meer terugdraaien. Daarom probeer ik er nu alsnog het beste van te maken. Ik ben meer onder de mensen dan vroeger en help anderen een handje waar het kan. Een paar maanden terug was ik de slaapkamer aan het verven toen ik vanuit het slaapkamerraam een buurman van een paar huizen verderop een nieuwe schutting zag plaatsen. Ik had de man nog nooit ontmoet, maar kreeg een ingeving om hem te helpen. Ik legde de kwast neer, stelde mezelf aan hem voor en hielp hem met het plaatsen van de schutting. Ik verras mezelf door dingen te doen die ik vroeger uit de weg was gegaan.”
Het is indrukwekkend om te zien hoe mama’s dood je levenshouding in positief opzicht heeft veranderd. Zijn er nog dromen die je wilt naleven?
“Ik wil uit m’n comfortzone stappen en nieuwe dingen ontdekken, zoals sporten en het aangaan van nieuwe contacten. Wat het ook wordt, ik ben klaar om meer uit het leven halen dan ik altijd heb gedaan. Suus’ plotselinge dood heeft mij ook doen realiseren dat het ieder moment over kan zijn (tussen haar diagnose en overlijden zaten maar drie maanden). De twee woorden die ik na Suus’ dood op m’n hand heb getatoeëerd helpen me om de rust te bewaren: even wachten. Maar niet te lang; geniet van het leven, nu het nog kan.”

Laat een antwoord achter aan Eddy koerhuis Reactie annuleren